Toen het passagiers raampje open ging, leunde Mae een beetje voorover om een beter beeld te krijgen van de persoon die in de auto zat. Ze gooide een blik in zijn auto, zo op het ogenblik zag ze niets geks. "Uh..." ze keek op naar Andy, haar haren vielen langs haar gezicht, en ze duwde die vlug aan de kant en achter haar oor.
"Ga je toevallig naar het Noorden?" Mae besloot om het op de man af te vragen. Het had geen zin om er omheen te draaien. Daar had ze eigenlijk ook helemaal geen zin in. "Zo ja, mag ik dan mee liften?" Vroeg ze, terwijl ze haar ogen op hem gericht hield. Ze stak haar handen om hoog om te laten zien dat ze onschuldig was, maar niet voordat ze haar geweer tevoorschijn haalde. Niet om het op Andy te richten, maar om te laten zien dat dat alles was wat ze had - plus een mes, maar die liet ze niet zien.
"Ik ben helemaal alleen. Beloofd." Zei ze met een kleine glimlach op haar gezicht. Ze was niet van plan om dat hele rot eind naar het Noorden te lopen, en ze had er al zo'n lang stuk opzitten. Een rit zou fijn zijn, al was het maar een klein stukje die kant op. "Ik heb ook geen symptomen" Voegde ze nog snel toe.
"No hard feelings als je niet wilt." Vervolgde Mae, terwijl ze haar schouders een keer ophaalde. Ze keek even vlug om haar heen, om er zeker van te zijn dat er geen rare dingen gebeurde, of dat er ergens een zombie rond dwaalde.